De leeftijd waarop kan gestart worden hangt af van pup tot pup, maar men kan aannemen vanaf de leeftijd van ongeveer 6 maanden (de pup dient de nodige inentingen gehad te hebben).
De meeste mensen die bij ons komen trainen zijn hobbyisten. Er zijn er ook enkele die beroepsmatig bij ons komen, zoals landbouwers (hun honden kunnen voor hen het vee ophalen) en een enkele herder. Er zijn ook een aantal mensen die deelnemen aan trials (wedstrijden).
Ook schapenscheerders doen soms beroep op ons om bijvoorbeeld een kudde schapen binnen te halen. Meestal zijn dit dan schapen die tijdens jaar nooit op stal staan. Die je zonder hulp van een hond niet binnen krijgt.
De voornaamste basiscommando’s voor de hond in het schapendrijven zijn
LIE DOWN (gaan liggen)
THAT’LL DO (naar het baasje terugkomen)
Deze commando’s kunnen thuis al aangeleerd worden.
De leermethode wordt gebaseerd op de natuurlijke aanleg van de hond.
Tijdens een eerste ontmoeting met de schapen kan de hond op verschillende manier reageren. Terwijl de ene automatisch cirkelt rond de schapen, zal een andere hond zich wild en onbeheerst gedragen. Indien de situatie uit de hand loopt, heeft het geen zin om te beginnen roepen en schreeuwen (een hond hoort trouwens veel beter dan een mens). In dit geval is het beter om hem wat te laten spelen en aanmoedigen en op het moment dat hij hoedengedrag vertoont, te stoppen.
De hond moet leren dat het baasje degene is die zijn handelingen gaat beheersen en dat hij strikt moet gehoorzamen aan de bevelen. Deze mag echter het eigen initiatief en zelfvertrouwen van de hond niet ontnemen door teveel discipline.
De 12-uurs positie is te vergelijken met een klok, de schapen staan in het centrum, zelf staat U op 6-uur en de hond op 12-uur. De plaats waar de hond zich bevindt is afhankelijk van de plaats waar U zelf staat. Hoe U zich ook wendt of keert, de hond moet telkens weer op 12-uur (rechtover) zijn t.o.v. de handler. De hond staat echter niet stil, en daarom is het belangrijk dat men zelf constant in beweging blijft zodat de schapen achter U aan komen.
De handler loopt kris-kras door de weide met de schapen achter zich aan met de hond op 12-uur daar weer achter. Af en toe loopt U ten opzichte van de schapen met de klok mee of tegen in. De hond moet automatisch meedraaien en zijn positie aan de uwe aanpassen. Het baasje probeert zelf altijd rustig te blijven en niet te roepen.
De hond went snel aan een harde stem en indien het dan es nodig is om de hond te corrigeren door uw stem echt te verheffen, dan lukt het niet meer.
Oefeningen gebaseerd op de 12-uurs positie zijn belangrijk voor een jonge hond. Juist door geen specifieke commando’s te geven leert hij te reageren naar eigen inzicht en krijgt hij de kans zijn aangeboren eigenschappen te ontplooien. Dit is een basisbegrip dat steeds terugkomt bij verdere training. Eens de hond dit basisbegrip goed begrijpt kan men verder gaan naar een volgend stadium.
Schapendrijven is een voor ons land nog tamelijk jonge sport. Mede dankzij de uitzendingen van “One man end his dog” op de BBC werd deze tak in de hondensport in ons land populair. In België vinden de meeste trials plaats in de Antwerpse Kempen of in Limburg. Daar zijn grote terreinen beschikbaar. In West-Vlaanderen is deze sport nog vrij onbekend.
Bij het schapendrijven wordt er verwacht dat de hond samen met de handler op een rustige manier de schapen bij elkaar houdt en van de ene plaats naar de andere brengt. Al het werk moet rustig en beheerst verlopen. Bij elke ondoordachte beweging kan een schaap in paniek geraken.
Schapenhonden zijn eigenlijk roofdieren die samen met de herder op jacht gaan. Door het verfijnen van de natuurlijk instincten van de hond, door middel van stelselmatige training, wordt de slotfase “het doden van de prooi” onderdrukt.
Het meest uitgesproken ras om schapen te hoeden en aan trials deel te nemen is de BORDER COLLIE.
Reeds jarenlang is dit ras gefokt met slechts 1 doel: het werken op boerderijen met schapen en koeien en zo het werk van de herder/boer gemakkelijker te maken. De huidige manier van werken van de Border Collie is gebaseerd op jarenlange selectie. Door de jaren heen heeft men dieren geselecteerd, die zo goed mogelijk aan al de eisen voldoen om uitstekende werkhond te zijn, zoals bijvoorbeeld snelheid, durf en uithoudingsvermogen.
Hij beschikt over een geweldige fysiek en een groot uithoudingsvermogen. Niets mag hem deren in zijn drang om te werken en in zijn “will to please” ! Ook de manier waarop hij zijn schapen benadert speelt een grote rol. Hij sluipt als het ware naar de schapen toe en maakt zich zo klein mogelijk, waardoor hij de schapen zo min mogelijk opschrikt.
Slechts door middel van een 10-tal basiscommando’s, al dan niet fluitsignalen en heel wat lichaamstaal, verstaat de hond wat er van hem verlangd wordt.
Collie wijst op een Keltisch dialect en betekent “usefull” (nuttig)
Border wijst op het grensgebied Zuid-Schotland en Noord-Engeland waar het ras toen het meest voorkwam.
De Border Collie is een boerderijhond, waarvan de geschiedenis ver teruggaat. Alhoewel de naam pas ontstaan is in de jaren ‘70 heette hij voordien ‘Working Sheepdog’ en mogen we hem klasseren bij één der oudste rassen ter wereld.
Vermoedelijk gaat het om een kruising van grote zwarte herdershonden die de Romeinen meebrachten bij hun veroveringstochten in Engeland en spitsachtige honden die de Vikingen meebrachten naar Schotland. De kruisingen van deze rassen gebeurde volgens de overlevering in de Borderline (vandaar de naam) tussen Engeland en Schotland.
Zeker is echter dat we één der eerste beschrijvingen terugvinden in 943 na Christus, waar de koning van Wales een zwart-witte herdershond beschrijft, die ‘s ochtends de bergen in trekt met een kudde en er ‘s avonds weer mee naar huis keerde.
De meeste Border Collies zijn tweekleurig zwart-wit of driekleurig zwart-wit-tan met een welbepaalde aftekening van de witte patronen. Meestal een witte bles op het voorhoofd, een witte kraag al dan niet volledig, witte poten en buik en een witte staartpunt.
Daarnaast komen er ook bruin-witte, blue merle of red merlekleurige honden, staalblauw gekleurde exemplaren voor, maar in mindere mate.
De ogen moeten ver uit eenstaan, ovaal zijn van vorm en donkerbruin. Soms zie je echter ook dat een of beide ogen geheel of gedeeltelijk blauw zijn (volgens rasstandaard enkel toegestaan bij blue merles). De uitdrukking moet zacht, levendig, alert en verstandig zijn.
Naast een verschil in kleur is er ook verschil in vacht. Je hebt kortharige, halflang- of langharige honden.Sommige hebben een krullende, golvende vacht, andere hebben sluike haren. Ook in de lichaamsbouw zien we verschillen, maar laat U niet misleiden door de volumineuze vacht van sommige honden.
Oren die hangen of staan, knopoortjes, … het mag allemaal bij de Border Collie. Al deze uiterlijke verschillen hebben geen invloed op de werkcapaciteiten van de hond.
De Border Collie is een middelgrote hond, waarvan de rasstandaard zegt dat een reu 21 inches groot moet zijn (53,34cm schofthoogte) en teven iets kleiner!
Een wedstrijd schapendrijven wordt “trial” genoemd. De allereerste trial vond plaats in 1873 te Noord-Wales.
Gaandeweg zijn er meer trials ontstaan en in Groot-Brittanië vinden er in de zomerperiode bijna dagelijks wedstrijden plaats. Ze beschikken er immers over schapen en grote terreinen in overvloed. Bijna alle deelnemers zijn landbouwers en/of praktijkmensen, herders of mensen die op een boerderij werken.
Op het vasteland is het net andersom. De meeste mensen hebben enkele schapen om te trainen, maar slechts enkele uitverkorenen zijn herders.
Het parcours
In België lopen we meestal het Engels parcours. Hierbij moeten zo’n 5-tal schapen een welbepaald traject afwerken in een vaste volgorde en binnen een tijd die door de jury bepaald wordt. Voor elke afwijking op het parcours worden er punten afgetrokken. Het is de bedoeling dat de schapen in een rechte lijn over het veld lopen en er zo min mogelijk van afwijken. Elke onderdeel van de wedstrijd komt uit de praktijk.
Wedstrijden in België
In België zijn er 3 wedstrijdklassen.
De afstand wordt groter naarmate de hond in een hogere klasse deelneemt.
Klasse 1 : outrun = ca. 100m
Klasse 2 : outrun = ca. 200m
Klasse 3 : outrun = ca. 300m of meer
Hier volgt een woordje uitleg over de begrippen die gebruikt worden. De meeste woorden komen uit het Engels en worden niet vertaald.
Outrun
De handler stuurt de hond uit naar links of rechts tot achter de schapen.
De outrun kan geslaagd genoemd worden wanneer hij d.m.v. een peervormige beweging achter de schapen komt en de 12-uurs positie” ingenomen heeft (dit betekent dat de hond op 12-uur ligt of staat t.o.v. de handler).
Lift
Nadat de hond achter de schapen de 12-uurs positie ingenomen heeft, moet hij de schapen rustig in beweging zetten. Op het ogenblik dat de schapen in beweging komen spreken we van de lift.
Fetch
Vanaf de plaats waar de schapen opgezet werden, moeten ze in een rechte lijn naar de handler toe komen.
Drive
Als de schapen rond de handler draaien (links of rechts) begint de drive.
Cross-drive
De schapen worden als het ware dwars over het veld gedreven.
Shedding
De shedding of het afscheiden van een aantal schapen en dit onder controle houden en een stukje wegbrengen.
Pennen
De schapen worden in een pen gedreven.
Het parcours
In België lopen we meestal het Engels parcours. Hierbij moeten zo’n 5-tal schapen een welbepaald traject afwerken in een vaste volgorde en binnen een tijd die door de jury bepaald wordt. Voor elke afwijking op het parcours worden er punten afgetrokken. Het is de bedoeling dat de schapen in een rechte lijn over het veld lopen en er zo min mogelijk van afwijken. Elke onderdeel van de wedstrijd komt uit de praktijk.
Wedstrijden in België
In België zijn er 3 wedstrijdklassen.
De afstand wordt groter naarmate de hond in een hogere klasse deelneemt.
Klasse 1 : outrun = ca. 100m
Klasse 2 : outrun = ca. 200m
Klasse 3 : outrun = ca. 300m of meer
Links- en rechtscommando’s worden gegeven vanuit het oogpunt van de hond. Beweegt de hond zich met de wijzers van de klok mee, dan is dit links, en tegen de wijzers van de klok in is rechts.
Als we over grote afstanden werken, wordt er meestal overgeschakeld op fluitsignalen omdat deze beter hoorbaar zijn op grotere afstanden (en meestal ook beter worden opgevolgd).
Informatie
Voor meer info, kan je altijd bij de secretaris van het schapendrijven, Heidi terecht.
De lessen schapendrijven gaan enkel door op zondag,
De lessen schapendrijven gaan door op volgende locatie,
Vrijgeweidstraat 55
8750 Zwevezele
Nick met Bet
Kampioen van België
praktijk open klasse
Nick met Bet
Kampioen van België
Nursery gevorderden
© 1984 – 2024 Hondenschool De Gezellige Blaffers Zwevezele VZW
Intern reglement – Privacy- & cookiebeleid
Huisfotograaf © Youri De Ruyck
© 1984 – 2024
De Gezellige Blaffers Zwevezele
Huisfotograaf © Youri De Ruyck
privacy- & cookiebeleid
intern reglement
Klopt, de cookies waar we het over hebben, zijn digitaal! Ze zijn niet voor honden, maar voor het optimaliseren van je online ervaring op onze website. Door verder te gaan, ga je akkoord met ons gebruik van cookies. Voor meer informatie kun je ons “Privacybeleid” raadplegen.
Klik hier om ons "Privacybeleid" te lezen.
Op zondag 2 juni 2024 is er geen training! Dit door ons federaal wedstrijd weekend. Met op zaterdag de federale wedstrijd gehoorzaamheid en op zondag de federale wedstrijd agility. Iedereen welkom om ons wedstrijdteam aan te moedigen.