
wat is agility
Agility is een discipline in de hondensport die te vergelijken is met de jumping bij paardensport. Het parcours omvat een aantal hindernissen die de hond moet nemen, geleid door zijn begeleider. In een zo snel mogelijke tijd, zonder fouten en in een bepaalde volgorde. Het is niet enkel een snelheidsrace !
Hond en geleider moeten een goed team vormen, want anders kom je er niet!
Wendbaarheid, moed, gezondheid, een volledige beheersing van uitzonderlijke situaties, techniek en veel oefenen, zijn vereisten van de hond. Terwijl de geleider over evenveel geduld, zachtheid, goede fysiek en controle van zijn hond moet beschikken.
Hond en geleider vormen een evenwichtige combinatie, begrijpen elkaar perfect en is gebaseerd op wederzijds vertrouwen.
De omloop en de hindernissen zijn vakkundig uitgewerkt en bestudeerd voor honden van alle rassen en schofthoogte.
Niemand had ooit durven hopen dat dit spel der behendigheid een ongelooflijk succes zou worden.
Alle honden zijn toegelaten.
Als lesgever haal je veel uit de ervaring door het werken met verschillende hondenrassen en mensen. Tevens door het lezen van boeken, kijken naar TV programma’s en het luisteren naar anderen, kun je veel nieuwe dingen en manieren van aanleren opsteken.
Want één perfecte manier vinden om toe te passen op elke hond en geleider, bestaat er niet !!
hoe cool is het
Prachtig, spannend, leuk, opwindend, fascinerend zijn de kreten die je rondom een behendigheidswedstrijd hoort van de toeschouwers. Vooral van de mensen die voor de allereerste keer zoiets meemaken.
Het ziet er allemaal zeer aantrekkelijk uit, een beetje zoals de hinder-nissen voor een paardenspringconcours. Het zijn niet alleen sprongen, er is ook een hoepel, een wip, een tunnel, een slurf, een slalom (rij paaltjes), toestellen met raakvlakken (hondenloop, kruising, schutting), etc… Alles in vrolijke en afwisselende kleuren geschilderd.
Een van de sterke kanten van deze sport is, dat ze zo in elkaar zit dat je alles direct kunt volgen en mee kunt leven met de deelnemers en hun viervoeters. Bovendien is het een lust voor het oog de honden te zien gaan, de staarten zwaaien als vaandels, de oren zijn gespitst en de pret straalt van de snuiten af. Er zijn zelfs honden die het hele parcours blaffend afleggen, anderen kunnen er niet genoeg van krijgen en racen in het rond. De cracks werken in een enthousiaste samenwerking met hun baas, volgen in razend tempo zijn aanwijzingen op en zijn vaak al over de finishlijn voordat hun baas voorbij de laatste hindernissen is.
Het is natuurlijk voor de meeste honden ook heerlijk, in volle vaart wenden, keren, kruipen en springen.
Honden moeten een uitlaatklep hebben voor hun energie en het is het beste als we ze die gericht kunnen geven : samen met de baas wat doen, versterkt het natuurlijk overwicht van de baas en zorgt ervoor dat de hond zijn “leider” nog meer in de gaten houdt : “Wat doet de baas, kan en mag ik meespelen ?”
De meeste trainingen en wedstrijden vinden plaats in de openlucht, maar het spel kan ook binnen gespeeld worden, mits de ondergrond niet te glad is.
Om foutloos rond te kunnen komen, moet een hond niet alleen snel kunnen lopen, maar moet hij zowel hoogte- als breedtesprongen maken, door tunnels en slurven kruipen, over schuttingen klauteren, op een smalle plank (wip) zijn evenwicht behouden en zigzaggend door een rij paaltjes (slalom) gaan.
Hoewel het op het eerste zicht niet zo lijkt, de hond doet immers het werk, speelt de baas in dit spel de belangrijkste rol. De baas moet er bij de trainingen niet alleen voor zorgen dat zijn hond goed en graag over de toestellen gaat, maar hij moet ook zijn viervoeter zo onder controle hebben dat de hond in zijn opwinding niet te snel over de toestellen met de raakvlakken gaat : op de wip, de hondenloop, de schutting en de kruising moet de hond met minstens één poot de eerste en de laatste meter raken, om blessures en strafpunten te voorkomen. De baas moet er verder voor zorgen dat de hond niet een verkeerde hindernis neemt of er ergens langsschiet.
De baas mag zich echter vrij door het parcours begeven en net zoveel aanmoedigingen en aanwijzingen geven als hij nodig acht. Hij mag zelf niet het goede voorbeeld geven door over een hindernis te gaan of de toestellen opzettelijk aan te raken. De hond werkt “bloot”, zonder riem of halsband, en de baas mag hem tijdens de wedstrijd niet met zijn handen of voeten helpen.
Een goede geleider/baas bepaalt dus de snelheid van de hond, wijst hem de weg en geeft voor zover zijn ademtechniek dat toestaat, zijn hond zoveel mogelijk aanwijzingen.
enkele afspraken
De eerste training zal er een soort ‘toegangstest’ afgenomen worden en hierbij zijn een tweetal vereisten, namelijk:
Starten doen we dus van zodra de hond dit onder de knie heeft. Merken we bij de 1ste training(en) dat dit toch nog een probleem zou vormen, dan zal er gevraagd worden om op een volgend moment in te stappen, van zodra bovenstaande dingen beter lukken.
Eerst en vooral vorm je samen met je hond een team. Aandacht hebben voor het baasje en een goeie (vertrouwens)band hebben met je hond is hierbij belangrijk. Je hond zal op jouw aanwijzingen moeten kunnen vertrouwen. Maar ook andersom is het belangrijk de hond voldoende vertrouwen te geven, zodat er ruimte is voor initiatief en zelfstandigheid, bijvoorbeeld bij het vooruit sturen van de hond. Heel regelmatig spelen met je hond is ideaal om je band met je hond te versterken. Trekspelletjes, speelgoed weggooien en de hond gaat het halen, of gewoon samen van het ene punt naar het andere punt crossen, de hond door de benen laten slalommen, … De beste resultaten, meeste plezier (want hier draait het tenslotte allemaal om) en snelheid bekom je door positief en beloningsgericht te werken. Het komt er vooral ook op aan dat je je hond weet te motiveren. Dit kan uiteraard op verschillende manieren. Spelen met je hond is hier het meest aangewezen voor, het liefst met een speeltje. Maar uiteraard kan voedsel of zelfs je stem een beloning zijn en je hond motiveren. Op een agility parcours loopt de hond nooit aan één kant. Anders dan in gehoorzaamheid moet de hond dus gewoon zijn om zowel links als rechts van de geleider te lopen. Laat je hond hier dus aan wennen. Laat je hond regelmatig langs beide kanten lopen, in een rechte lijn en ook in bochten (cirkels maken, waarbij de hond aan de buitenkant loopt).
Interesse voor het volgende instapmoment? Meld je dan aan bij Bart Danneels of via het contactformulier op deze website.
In welke groep je terecht komt wordt beslist door de trainers en bij verandering van groep zal dit op tijd gemeld worden via de gekende kanalen. Bij groep 3 en 4 zit er een extra kwartier om parcours te verbouwen.
Indeling van de groepen en uren kunnen aangepast worden in de loop van het jaar, naargelang de bezetting in de groepen of in functie van het onderlinge niveau. Dit om het parcours/oefeningen zoveel mogelijk op de groep te kunnen afstemmen.
We hebben namelijk de intentie om een 3 à 4-tal keer per jaar een training te houden, waarbij we doen alsof het wedstrijd is. Deze data zullen uitgangen in de kantine en dit zal normaal iedere keer samenvallen met de overgangsproeven van de gehoorzaamheid.
Waarom? Gewoon omdat het fun is, om meer bekend te geraken met de reglementen, om es te kijken waar je staat en hoe je omgaat met tijdsdruk, … Het is dus geen echte wedstrijd en er vallen geen prijzen te winnen. Het is een gewone training, maar eens in een ander kleedje. Hopelijk vinden jullie het gewoon es leuk om te doen en leren jullie er iets van bij.
Tijdens de ‘doe-alsof-het-voor-echt-is-training’ lopen we ook 1 game: een snooker, gambling of power en speed. Waarbij jullie eerst de uitleg krijgen, daarna verkennen en lopen. Voor wedstrijdspelers maken deze games deel uit van sommige wedstrijden. Op die manier krijgen jullie hier ook een beetje voeling mee, want op ‘gewone trainingen’ komt dit uiterst zelden aan bod.
Opgelet! We stellen voor om met z’n allen om 8u45 aanwezig te zijn voor de opbouw van het eerste parcours.
Goedgekeurd op de bestuursvergadering van 28 augustus 2017
onze kampioenen agility
enkele beelden